Loyaliteit- uitleg en tips

Wat is loyaliteit? Lees hier uitlegWat is loyaliteit?

Loyaliteit is de trouw van jou aan mensen die van betekenis zijn voor jou. Hoe belangrijker zij voor je zijn, des te sterker de loyaliteit.

De persoon aan wie je loyaal bent heeft deze trouw en loyaliteit bij jou verdiend doordat hij bijvoorbeeld zorg en aandacht gegeven heeft op momenten dat je dat nodig had.

Het begrip loyaliteit komt uit de contextuele benadering van Ivan-Boszormenyi-Nagy.

Er zijn verschillende vormen van loyaliteit. De betekenis van deze vormen van loyaliteit leg ik hier uit:

Zijnsloyaliteit

Deze vorm van loyaliteit wordt ook wel existentiële loyaliteit of bestaansloyaliteit genoemd. Het gaat hier om de existentiële band tussen ouders en kind, simpelweg omdat de ouders het kind het leven gegeven hebben. Hoewel het kind niet gekozen heeft voor het leven, is hij het wel verschuldigd aan zijn ouders. Aan de andere kant zijn de ouders ook verschuldigd aan het kind door verantwoordelijk te zijn voor het kind.

Op deze manier ontstaat een niet te verbreken band tussen ouders en kind. Deze is niet afhankelijk van de kwaliteit van de relatie. Het contact kan verbroken worden, maar de existentiële band blijft. Deze kan niet ontkend worden.

Doordat het kind er is, heeft het recht op veiligheid, liefde, aandacht en zorg van de ouders. Daar zijn zij verantwoordelijk voor. Niet alle ouders zijn in staat om deze zorg altijd te bieden. Als kinderen niet de zorg en aandacht krijgen, waar ze wel recht op hebben, ontstaat er onrecht dat een kind zijn hele leven met zich meedraagt.

Verdiende of verworven loyaliteit

Van verworven loyaliteit is sprake bij adoptieouders, stiefouders, pleegouders of andere opvoeders. Verworven loyaliteit blijft van een andere orde dan zijnsloyaliteit, hoewel dit voor kinderen soms anders kan voelen.

Gestapelde loyaliteit

Wanneer de ouders de verantwoordelijkheid voor het bieden van zorg en aandacht aan het kind wel kunnen nemen, verdienen zij, naast de existentiële loyaliteit, nog meer loyaliteit. Dit wordt ook wel gestapelde loyaliteit genoemd.

Verticale loyaliteit

Loyaliteit en de liefdesladder: lees hier meerVerticale loyaliteit zie je bij familierelaties. De familierelaties over de generaties heen. Je overgrootouders, grootouders, ouders, kinderen, kleinkinderen. Als je een stamboom tekent, vormen de verticale lijnen de bloedbanden en daarmee de verticale loyaliteit. Deze loyaliteit vormt de staanders van de liefdesladder.

Verticale loyaliteit gaat altijd over zijnsloyaliteit. Een uiting van zijnsloyaliteit zie je in het volgende voorbeeld:

Als kind mag je van alles zeggen over je eigen ouders, hun kwaliteiten en de dingen die ze minder goed hebben gedaan. Maar als je partner hierover hetzelfde zegt, raakt dit aan je gevoel van loyaliteit.

Verticale loyaliteit is asymmetrisch is. Dat wil zeggen dat de balans van geven en nemen niet in evenwicht hoeft te zijn. Als een kind geboren wordt, heeft het namelijk meer recht om zorg te ontvangen dan te geven. Ouders zijn immers verantwoordelijk voor het kind. Gedurende het leven kun je als kind zorg teruggeven, maar het is nooit zeker dat je evenveel terug kan geven als wat je ontvangen hebt.

Horizontale loyaliteit

Horizontale loyaliteit zie je bij gekozen relaties, dus vrienden, partners, collega’s enz. Deze loyaliteit is wel symmetrisch. Dat wil zeggen dat de balans van geven en ontvangen ongeveer in evenwicht moet blijven.

Daar waar het bij verticale loyaliteit gaat om de staanders van de liefdesladder, gaat het bij horizontale loyaliteit om de sporten van de liefdesladder.

Diagonale loyaliteit

Deze loyaliteitsvorm zie je terug bij broers en zussen. De band wordt gecreëerd door bloedverwantschap en door het feit dat je dezelfde ouders hebt. Het is een relatie waar je niet voor gekozen hebt, maar die je gegeven is. En meestal zijn je broers en zussen de mensen die je het langste kent in je leven.

Toch is de loyaliteit anders dan de loyaliteitsband die je met je ouders hebt. In een broer- en zusrelatie speelt wederkerigheid in het geven en nemen een belangrijke rol. Net zoals bij horizontale relaties.

Gespleten loyaliteit

Zoals eerder is aangegeven zijn ouders verantwoordelijk voor de kinderen. Problemen tussen ouders horen thuis tussen de ouders. Het kind moet kind kunnen blijven. Gespleten loyaliteit ontstaat als kinderen worden betrokken in de problemen van hun ouders.

Het is alsof ze moeten kiezen tussen papa of mama, terwijl ze met beide ouders verbonden zijn en aan beiden loyaal zijn. De keuze voor de ene houdt een onmogelijke keuze tegen de andere in. Dit is de meest bekende vorm van een loyaliteitsconflict.

Het kind staat met 1 been op een ijsschots van moeder en met het andere been op de ijsschots van vader. Het voelt voor een kind dat het uit elkaar wordt getrokken.

Loyaliteitsconflict: lees hier meer over wat een loyaliteitsconflict is

Het kind heeft dan 2 mogelijkheden om hiermee om te gaan:

Ten eerste: het kind blijft krampachtig proberen loyaal aan beide ouders te blijven. Als de ijsschotsen verder van elkaar afdrijven, valt het kind in het water. Deze kinderen offeren zich op om hun ouders te verbinden. Bij deze kinderen kun je bijvoorbeeld depressie, automutilatie, gedragsproblemen en zelfs suïcidepogingen zien.

Ten tweede: het kind redt zich door op 1 ijsschots te springen en de andere ijsschots los te laten. Hij kiest voor de ene ouder ten opzichte van de andere ouder. Dan gaat de loyaliteit voor de ouder die het kind niet kiest ondergronds. Dit wordt onzichtbare loyaliteit

Een mooi prentenboek wat ondersteunend kan zijn voor kinderen in echtscheidingssituaties en waarin de gespletenheid goed tot uitdrukking komt is: Kamil, de groene kameleon van Danielle Steggink.

Een ander boek wat helpend kan zijn voor scheidende ouders en hun kinderen is: Aan alle gescheiden ouders van Marsha Pinedo. Hierin vertellen kinderen zelf verhalen over wat zij meemaken, voelen en denken tijdens en na de scheiding van hun ouders. Daarnaast geven deskundigen tips en oefeningen die je meteen in de praktijk kan toepassen.

Gedragskenmerken loyaliteit

Hoe ben je trouw aan jezelf en aan de ander en daarmee loyaal aan beiden?

  • Je bent eerlijk en oprecht aan jezelf en de ander
  • Je bent toegewijd aan jezelf en de ander
  • Je laat zien wie je bent, met je behoeften, verlangens, je mogelijkheden en je grenzen
  • Je staat open voor de ander en wil graag weten wat diens behoeften, verlangens, mogelijkheden en grenzen zijn
  • Je bent bereid rekening te houden met de ander, zo lang het niet ten koste gaat van jezelf
  • Je hebt iets voor de ander over, als je weet dat je de ander hiermee helpt
  • Je wil graag dat het goed gaat met de ander. Als je hierin kan bijdragen, doe je dit graag
  • Je bent trouw aan de ander; je laat de ander niet vallen. Ontrouw zijn voelt als een vorm van verraad
  • Je neemt de verantwoordelijkheid om de verplichtingen te vervullen, die de relatie met de ander met zich meebrengt (partnerrelatie of arbeidsrelatie)

Loyaliteit in organisaties

Loyaliteit in een organisatie laat zich zien doordat je je trouw opstelt ten opzichte van je leidinggevende, aan je team of aan je collega’s. Organisaties willen heel graag loyale medewerkers. Zij maken namelijk het verschil, omdat zij zich verbinden aan de organisatiedoelstellingen. Zij staan klaar voor de werkgever en willen best een keer harder lopen als dat gevraagd wordt. Loyale medewerkers vertrekken ook niet zomaar, omdat zij hart hebben voor de zaak.

Loyaliteitsconflict

In de paragraaf ‘gespleten loyaliteit’ gaf ik aan dat de meest bekende vorm van een loyaliteitsconflict is dat het kind betrokken wordt in de problemen van de ouders en dat het vervolgens een keuze moet maken tussen ouders waaraan het beide loyaal is.

Maar wat is een loyaliteitsconflict precies?

Bij een loyaliteitsconflict gaat het altijd om loyaliteiten ten aanzien van 2 verschillende mensen. Dit gebeurt als je in een persoonlijke relatie niet openlijk loyaal kan zijn aan je ouders. De verticale loyaliteit (van jou aan je ouders) botst met de horizontale verworven loyaliteit in je gekozen relatie, zoals je partner. De bloedband heeft echter voorrang ten opzichte van gekozen relaties. Dit komt door de niet te doorbreken existentiële loyaliteit. Van partner kun je wisselen, maar niet van ouders, broers of zussen.

Loyaliteitsconflicten komen niet alleen voor in partnerrelaties, maar ook in vriendschapsrelaties en werksituaties. Als de staanders van de liefdesladder er niet mogen zijn, lukt het met de sporten ook niet.

Loyaliteitsconflict in een werksituatie

Jeroen en Dennis werken al jaren samen. Jeroen voelde zich al lange tijd niet begrepen door de leidinggevende van de afdeling. Hij meldt zich ziek en er ontstaat een arbeidsconflict met de leidinggevende.

Dennis heeft altijd een goede relatie gehad met de leidinggevende en ook met Jeroen. Hij voelt zich met beiden loyaal. Dennis voelt zich nu in een lastige positie gebracht.

De directeur van het bedrijf is niet betrokken geweest bij het conflict, maar wil de situatie wel oplossen. Hij vraagt Dennis wat zijn visie op de ontstane situatie is. Dennis heeft hierdoor veel last gekregen van stress-gerelateerde klachten, omdat hij het gevoel kreeg dat hij ofwel zijn collega verraadde ofwel zijn leidinggevende ontrouw was.

Loyaliteitsconflict in de partnerrelatie

De partners kwamen uit verschillende milieus. Hij kwam uit een intellectueel milieu, zij uit een arbeidersmilieu. Ieder van hen had boodschappen, gewoonten en gebruiken meegekregen vanuit hun gezin van herkomst. Dat wat voor hem een leuke gewoonte was en goed om dit hun kinderen mee te geven in de opvoeding, vond zij juist niet goed. Zij irriteerde zich eraan. Zo had zij het niet geleerd! Beide partners zijn loyaal aan wat ze meegekregen hebben uit hun gezin van herkomst, wat tot een loyaliteitsconflict leidt in de partnerrelatie.

Loyaliteitsconflict doorbreken

Om tot een oplossing te komen in een loyaliteitsconflict is het belangrijk dat je beiden uitspreekt wat je nodig hebt, wat je wel en niet kan geven en wat je verlangt. Om dit uit te kunnen spreken is het van belang dat je

  • je kwetsbaar durft op te stellen naar de ander
  • je bewust moet zijn van wat je motivaties zijn
  • jezelf kent; je mogelijkheden en je grenzen en dat je daarmee rekening houdt
  • je eigen teleurstelling of pijn kan verdragen als je niet krijgt wat je nodig hebt of verlangt van de ander
  • de teleurstelling van de ander kan verdragen als jij niet kan geven wat de ander nodig heeft of verlangt

Als je naar elkaar toe hebt uitgesproken wat je verlangens en (on)mogelijkheden zijn, kun je met elkaar zoeken naar een passende oplossing. Het komen tot overeenstemming is niet altijd makkelijk!

Loyaliteitsprobleem voorkomen

Je voorkomt een loyaliteitsprobleem door een evenwichtige balans te creëren tussen loyaal zijn aan de ander en loyaal blijven aan jezelf. Trouw zijn aan anderen is goed, zo lang het niet ten koste gaat van jezelf. Trouw zijn aan jezelf betekent simpelweg dat je je jezelf kunt zijn. Dat je rekening houdt met je eigen verlangens, behoeften, waarden en normen.

Als je meer rekening houdt met de ander dan met jezelf, ben je te loyaal naar de ander. Je gaat ten behoeve van de ander over je eigen grenzen.

Te loyaal zijn en parentificatie

Zoals eerder genoemd geven ouders aan hun kinderen én kinderen aan hun ouders. Als een kind merkt dat zijn ouders zorg nodig hebben omdat er bijvoorbeeld sprake is van een verliessituatie, wil het kind de ouders steunen. Een kind kan op de kindpositie blijven staan zo lang de ouders het kind als kind blijven zien voor wie zij verantwoordelijk zijn. Daarnaast is het belangrijk dat ouders zich ervan bewust zijn dat de situatie veel van het kind vergt en dat ze dit ook aan het kind laten weten.

Als de ouders het gevende kind niet meer zien als kind waarvoor zij verantwoordelijk zijn, verschuift het kind van de kindpositie naar de ouderpositie. Als de periode dat het kind zorg geeft aan zijn ouders lang duurt en erkenning voor deze inspanningen blijft uit, is er sprake van destructieve parentificatie. Het kind komt niet meer toe aan zijn ontwikkelingstaken en er is geen gepaste afstand meer tussen ouders en kind. Daardoor komt het kind, wat later volwassen wordt, niet tot afbakening.

Grenzen voelen en aangeven is juist voor mensen die vanuit loyaliteit geparentificeerd zijn erg moeilijk. Hierdoor lopen deze mensen meer risico op een burnout.

Te loyaal zijn en burnout

Wie te loyaal is, kan in een loyaliteitsprobleem terecht komen. In omstandigheden waar tegengestelde belangen zijn of spanningen voelbaar zijn, gebeurt dit regelmatig.

Je kunt heel makkelijk in een loyaliteitsconflict terechtkomen. Als je doorgaat en te weinig stilstaat bij je eigen gevoelens en behoeften, raak je qua energie leeggezogen. Te loyaal zijn is een van de persoonskenmerken die een rol kan spelen bij burnout.

Hier vind je meer informatie over burnout en andere persoonskenmerken die hierin een rol spelen.

Hechting

Een van de grondleggers van de hechtingstheorie is Bowlby. Hij is van mening dat het in ons leven, van de wieg tot het graf, draait om gehechtheid aan anderen. De manier waarop we dat doen, wordt sterk vormgegeven door de allereerste relaties die we aangaan. De relatie met je moeder en vader. In deze relatie wordt een soort werkmodel gemaakt van gehechtheid, dat we niet snel loslaten.

Het doel van hechting is om het kind fysiek en emotioneel te laten overleven. Het is een verzameling instinctieve reacties op gevaar en onveiligheid. Om ervoor te zorgen dat het kind veilig is, moet het zich kunnen aanpassen aan de personen in zijn omgeving aan wie het zich kan hechten. Het contact met de moeder staat, ongeacht de kwantiteit en de kwaliteit, bovenaan in de hechtingshiërarchie. De binding met vader ontwikkelt zich in het begin indirect via de moeder. Een goede relatie tussen de ouders, bevordert een veilige gehechtheid.

Er zijn 4 vormen van gehechtheid; 3 vormen van georganiseerde gehechtheid en 1 vorm van gedesorganiseerde gehechtheid.

Bij georganiseerde gehechtheid weet het kind zich in te stellen op het gedrag van de ouder. Het kind heeft de kans om om te gaan met zijn eigen verwachtingen en om een strategie te ontwikkelen voor het omgaan met de reactie van de ouder. Hierdoor kan het kind zijn eigen veiligheid creëren door zich aan te passen aan die reactie.

In het kort zal ik hier de drie vormen van georganiseerde gehechtheid benoemen, waarbij sprake is van 1 veilige en 2 onveilige vormen:

Veilige gehechtheid

Het kind kan voor zijn behoeften terecht bij stabiele ouders, van wie het kind ook de wereld om zich heen mag ontdekken. Er is sprake van een slingerbeweging tussen exploreren en terugkeren.

Angstig vermijdende gehechtheid

Kinderen die op deze manier gehecht zijn laten nauwelijks hechtingsgedrag zien en zoeken weinig contact. Deze kinderen hebben geleerd hun eigen behoeften en gevoelens te onderdrukken. Vaak wijzen ze het contact met de ouder af als reactie op voortdurende afwijzing of op controlerend gedrag van de ouder.

De basis van hoe het kind zich gedraagt is angst. Deze angst wordt vaak gemaskeerd doordat bijvoorbeeld stoer doen op de voorgrond staat. Ook hebben mensen die op deze manier gehecht zijn de neiging alles alleen op te willen lossen.

Angstig ambivalente gehechtheid

Kinderen die ambivalent gehecht zijn richten zich volledig op hun moeder en verliezen haar niet uit het oog. Autonomie van het kind wordt door moeder niet aangemoedigd.

De moeder wijst het kind niet echt af, maar is niet ontvankelijk voor signalen die haar kind afgeeft. Dit kunnen signalen zijn over wat het kind nodig heeft. Dit komt doordat moeder zelf verstrikt is in haar verleden van verlatingsangst en hulpeloosheid. Ze zit daar zo ‘vol’ van dat ze geen oog kàn hebben voor de noden van het kind.

Het kind krijgt hierdoor tegengestelde boodschappen mee: aan de ene kant is er de belofte tot contact en aan de andere kant kan het kind dit contact plots verliezen. Mensen die op deze manier gehecht zijn, vinden het moeilijk om op zichzelf te vertrouwen en durven bepaalde taken niet zelfstandig te doen en hebben anderen daarbij nodig.

Gedesorganiseerde gehechtheid

Ouders van kinderen die gedesorganiseerd gehecht zijn, zijn enerzijds de veilige haven voor het kind en anderzijds een bron van gevaar. Hierdoor zitten deze kinderen klem tussen toenadering en vermijding. Het is een stabiele onstabiele situatie. Het gaat niet alleen over ouders die beangstigend en bedreigend zijn voor het kind, maar ook ouders die zelf angstig zijn en ook door de kinderen als angstig worden ervaren. Deze ouder is bang omdat de reactie van het kind oude pijn bij de ouder uitlokt.

Verschil hechting en loyaliteit

Loyaliteit gaat over de onlosmakelijke band tussen ouders en kind: de bloedband, de zijnsloyaliteit. Hechting gaat over het vermogen van het kind zich aan te passen aan de reactie van de ouder, met als doel zijn eigen veiligheid te kunnen waarborgen.

Bij kinderen die te maken krijgen met pleegzorg is het van belang ruimte te geven aan zowel de loyaliteit als aan de hechting. Een kind hecht zich alleen dan in een pleeggezin als bestaande loyaliteiten de plek krijgen die hun toekomt. Dan kan gewerkt worden aan de groei van hechting. Dit betekent dat er intensief met de ouders en pleegouders moet worden gewerkt.

Verder lezen

Goede literatuur om meer over loyaliteit, hechting en contextuele hulpverlening te weten te komen:

 

 

 

 

Ten slotte

Als je meer wilt weten hoe ik je kan helpen met problemen op het gebied van loyaliteit, kijk dan hier.